Dumpingsyndroom
Je kunt last krijgen van dumping wanneer je:
- te grote porties in één keer eet;
- te veel bij een maaltijd drinkt;
- te snel eet.
Dat betekent dat je last kunt krijgen van één of meer klachten die hieronder staan:
- misselijkheid;
- buikpijn;
- darmkrampen;
- overgeven;
- diarree;
- hartkloppingen;
- zweten;
- neiging tot flauwvallen;
- beven/ trillen;
- je hebt het gevoel dat je een sterke behoefte hebt aan eten.
Je kunt te maken krijgen met ‘vroege’ dumping en ‘late’ dumping (klik hieronder op de knop ‘Volgende’ voor meer informatie).
Bij welk voedsel, welke hoeveelheid en bij welke snelheid van eten er dumping optreedt, is voor iedereen verschillend. Meestal kunnen mensen na een maagverwijdering per eetmoment een volume van 250 tot 300 ml verdragen. Dat is ongeveer de grootte van een kop soep. Soms krijg je dumping van kleinere hoeveelheden voedsel. Dit heeft dan te maken met waaruit het voedsel bestaat, als er bijvoorbeeld veel suiker in zit. Na verloop van tijd weet je steeds beter welke hoeveelheden je kunt verdragen. Ook weet je steeds beter welke voedingsmiddelen je het beste kunt vermijden. Het dumpingsyndroom zal dan steeds minder vaak optreden.